Ontmoet collega's
Klinisch psycholoog Lotte van Drunen werkt met de allerkleinsten
Lotte van Drunen is klinisch psycholoog/psychotherapeut op het behandelcentrum kinderen van het Leo Kannerhuis in Arnhem. Ze is van het begin tot eind van een behandeling of opname betrokken en eindverantwoordelijk. Daarnaast heeft ze een aantal teams onder haar hoede. Lotte werkt met kinderen die de diagnose autisme hebben of een sterke verdenking van. Dat laatste geldt vooral voor de allerjongsten; al vanaf twee jaar kunnen kinderen op het behandelcentrum terecht.
Tiptop: ieder kind een eigen groep
Binnen de vroegbehandeling van het behandelcentrum zijn er vier groepen: de TIP-groep, twee TOP- groepen en een TIP-TOP Intensieve groep (TTI). De eerste groep, bestaande uit zes kinderen is zo jong dat het nog geen onderwijs heeft. Afgewisseld met de kinderen uit de twee TOP-groepen (training- en onderwijsprogramma) en de kinderen van de TTI zijn zij drie dagen per week van 8:45 – 14:00 uur op het behandelcentrum.
“Bij de kinderen die bij ons binnenkomen met autisme (of een sterk vermoeden) zie je in de ontwikkeling van jongs af aan al hele bijzondere dingen. Denk bijvoorbeeld aan het nauwelijks oogcontact maken, sterk een eigen spoor volgen of op zichzelf gericht, meer dan andere kinderen, weinig plezier delen met hun omgeving. Tijdens onze onderzoeken kijkt er altijd een multidisciplinair team mee, zoals een logopedist of een systeemtherapeut. Zo kunnen we vanuit verschillende oogpunten bekijken wat een kind en zijn of haar gezin nodig heeft. Een heel belangrijk doel is, naast de ontwikkeling die we bij het kind verder op gang willen brengen, ouders helpen hun kind beter te kunnen ‘lezen ‘ en ‘begrijpen zodat ouders uiteindelijk beter aan kunnen sluiten bij de behoeften van hun kind.
Onze TOP-groep is nét een echte kleuterklas. We hebben een leerkracht van cluster-4 onderwijs en een sociotherapeut die behandeling biedt. Er wordt gewerkt aan de hand van een thema. Elke ochtend is er een kringgesprek, met vaste rituelen. Bij één groep gaat dan een klein doosje rond met een vogeltje erin die eruit komt als je erop tikt. Ook mag elke dag een ander kind de juf helpen, staan we stil bij welke dag het is en zingen we liedjes. De leerkracht werkt nauw samen met de sociotherapeut, is zeer kundig en maakt er een feestje van. Na een behandeling bij ons volgt er een warme overdracht naar het reguliere onderwijs of het speciaal onderwijs.
De TTI groep is een nieuw ontwikkelde groep. Het betreft een intensieve groep voor kinderen tussen de 2-7 jaar waarbij in een kort traject (2 tot 4 maanden) bij nagenoeg 1 op 1 begeleiding een intensief diagnostiek en behandeltraject plaatsvindt. Daarna volgt er een advies voor behandeling.”
Pivotal Response Treatment: de basis van onze behandelingen
Naast de TIP, de TOP-groepen en de TTI bieden we ook deeltijd- en klinische behandeling voor kinderen vanaf ongeveer acht jaar met forse (psychiatrische) problematiek. Ze krijgen zelf therapie en trainingen en iemand van ons bezoekt op regelmatige basis het gezin thuis. Voor de kinderen is het goed om te zien dat datgene wat ze bij ons leren ook thuis gaan leren toepassen.
“Wanneer je goed begrijpt waar een kind gemotiveerd voor is, dan kun je hem of haar “verleiden” naar vooruitgang. Kortgezegd is dat het idee dat schuilgaat achter de Pivotal Response Treatment®. (PRT), de basis van al onze behandelingen op de groepen. Al onze collega's worden getraind in deze methode zodat we op de verschillende behandelgroepen deze behandelvorm in de milieutherapie kunnen intergreren. Een belangrijk doel bij onze kinderen is het verbeteren van interactie en communicatie met de omgeving. Je werkt aan deze doelen aan de hand van speelgoed dat hij of zij interessant vindt. Je probeert op die manier iets héél leuk te maken (motivatie) en interactie op te roepen en de communicatieve vaardigheden uit te breiden. Zo leren kinderen met autisme niet alleen in de behandeling, maar gebruiken deze vaardigheden ook buiten de groep. Als je op jonge leeftijd leert beter te interacteren, of hun vraag op een juiste wijze te stellen, dan creëer je ook voor later veel meer positieve leermomenten. En of ze nu grote of kleine stappen maken, je ziet de kinderen groeien en dat zien de ouders ook.”
Mag ik een ijsje?
“Ouders laten wij graag kennismaken met de kracht van PRT. In ieder geval betrekken we ze maximaal bij de behandeling van hun kind, onder andere met psycho-educatie en ook een (basis)cursus PRT. Zo leren we ouders “trucjes” om kinderen te prikkelen dat ze iets met de ouder moeten doen. In plaats van dat een kind naar de diepvries loopt om een ijsje te pakken of alleen gaat gillen als het een ijsje ziet, wil je als ouder dat het kind contact zoekt en het vraagt. Dat doe je in hele kleine stapjes. Een kind leert dat het wat oplevert om interactie aan te gaan en dat ouders hierop heel enthousiast reageren: Een klankje en het even aankijken van ouders: “ij?”, wordt beloond door ouders met: “wil je een ijsje? Goed gevraagd! Dat mag! Alsjeblieft”. Het kind is minder gefrustreerd en ouders kunnen het kind belonen voor het aangeven wat het wil. Met samen spelen is het prachtig om te zien hoe beiden hiervan genieten als ouders de aansluiting bij hun kind (weer) kunnen vinden. Is een kind de taal nog niet rijk genoeg? Dan werken we, aan de hand van het communicatieniveau van een kind met pictogrammen, gebarentaal of zelfs fysieke verwijzers. Op deze manier kun je spelenderwijs werken aan een grote ontwikkeling. Het gaat om het natuurlijk motiveren. De kinderen die wij behandelen vinden dit heel leuk en maken plezier."
Blijven slapen op de kliniek
"Ook bij vrij jonge kinderen is best mogelijk dat de situatie thuis onhoudbaar is. Denk aan een kind dat fors autistisch is, veel problemen vertoont en ouders die met hun handen in het haar zitten. Ouders zijn overvraagd, hebben geen draagkracht (meer) en kunnen soms geen veiligheid en structuur (meer) bieden. Voor positief prikkelen is al helemaal geen gelegenheid meer.
Bij ons op de kliniek blijven deze kinderen doordeweeks slapen en als het even kan, drie van de vier weekenden in de maand naar huis. Wij vinden het belangrijk dat kinderen ook veel thuis zijn om te oefenen met nieuw gedrag. Daarnaast worden er vaste afspraken met ouders gemaakt om door de weeks op de groep aanwezig te zijn zodat zij actief door onze sociotherapeuten en systeemtherapeuten gecoacht kunnen worden in het werken aan hun doelen als ouders. Wij gaan met het gezin aan de slag, zorgen voor een hele duidelijke aanpak en structuur. De ouders worden ontlast en ook hen zetten we weer in hun kracht en helpen ze vooruit. Dit maakt dat de behandeling effectiever wordt en het geleerde in de kliniek beter geïntegreerd kan worden naar huis. De overgang van klinische opname naar wederom thuis wonen, wordt daarmee verkleind. De afweging voor een klinische opname wordt nauwkeurig gemaakt. Het is voor zowel ouders als kinderen een interventie die impact heeft. Toch hebben sommige gezinnen hier echt baat bij. Daarbij zijn we wel echt voorstander van een zo kort mogelijke opname wat we willen realiseren door het betrekken van ouders maar ook andere betrokkenen in het systeem (denk aan opa’s en oma’s, andere hulpverlenende instanties of school waar kinderen nog naar toe gaan). Het is heel mooi om te zien hoe ons hele team hierin nauw samenwerkt en kinderen weer tot ontwikkeling komen."